Naar alle leermiddelen

GS - H2 - TW2

Kritiek op de kerk

Een humanist (bijvoorbeeld Desiderius Erasmus van Rotterdam) is een persoon die…

De kritiek van Erasmus op de katholieke kerk bestond voornamelijk uit

Door de kritiek van Erasmus waren minder mensen ook bang om hun kritiek te uiten, en veel mensen verloren het vertrouwen in de rooms-katholieke kerk.

De reformatie of hervorming is het splitsen van de katholieke kerk in 2 delen: de katholieken en de protestanten. Deze splitsing gebeurt door de kritiek van Maarten Luther. De reformatie is ook een geloofsoorlog tussen de katholieken en de protestanten (de groep van Luther).

Door de vertaling van Luther van de bijbel in het Duits, kwam hij erachter dat de katholieke kerk veel dingen deed die eigenlijk verboden waren in de bijbel. Bijvoorbeeld de aflatenhandel: de handel in briefjes die, volgens de katholieke kerk, je tijd in het vagevuur verkortte. Met deze handel verdiende de katholieke kerk veel geld ten koste van de gelovigen.

Na Luther kwamen er namelijk meer hervormers. De belangrijkste van hen was de Fransman Johannes Calvijn (1509-1564). In de Zwitserse stad Genève, waar hij op uitnodiging van het stadsbestuur verbleef, stichtte hij in 1559 een school om predikanten (iemand die in een protestantse kerk de dienst leidt) op te leiden. Calvijn legde veel meer dan Luther de nadruk op Gods almacht: volgens hem had God al van tevoren bepaald welke mensen na hun dood naar de hemel zouden gaan en wie naar de hel. Ook was Calvijn veel strenger. Uiteindelijk ontstonden er verschillende protestantse kerken.

De Nederlanden: Bestuur

De Nederlanden bestonden uit relatief rijke steden. In 1515 werd Karel V de landsheer van de Nederlanden. Karel V is een Spaanse Keizer. In het diagram zie je het bestuur van de Nederlanden. Karel V is de eigenaar van het land. Hij doet zelf het bestuur niet, maar dit wordt gedaan door de landvoogd(es). Hij/zij staat in contact met de gewesten.

De gewesten zelf hebben privileges: ze mogen hun zelf besturen. Om aan geld te komen, bijvoorbeeld voor het voeren van oorlog, moesten de landsheren steeds met ieder afzonderlijk gewest onderhandelen over de belasting. Dat gebeurde in de gewestelijke Staten. In de Staten zaten de voornaamste edelen, geestelijken en afgevaardigden van de steden van het gewest. Pas wanneer de landsheer hun oude privileges wilde bevestigen of nieuwe wilde geven, waren de Staten bereid hem de belasting te betalen. Dit systeem vinden de Nederlanders fijn, want de beslissingen die invloed op hun hebben worden lokaal genomen.

Voor de landsheer waren de privileges en eigen regels van de gewesten niet handig, want het maakte het besturen erg lastig. Karel centraliseerde daarom het bestuur van de Nederlanden. De Nederlanden werden vanaf nu bestuurd vanuit Brussel. Het individuele bestuur van de gewesten is vervangen door de Staten-Generaal: een bijeenkomst van vertegenwoordigers van alle gewesten. Veel Nederlanders vonden dit geen goed systeem. Het zorgde voor onrust. De hervormers hadden in de Nederlanden ook veel aanhangers gekregen. Karel V wilde overigens dat iedereen katholiek was. Daarom liet hij plakkaten opstellen tegen de protestanten, die hij als ketters (iemand die zich niet aan de katholieke regels houdt) beschouwde. Een plakkaat uit 1550 was zo streng dat het bekend staat als het Bloedplakkaat: een veroordeelde ketter die zijn fouten erkende, werd onthoofd of levend begraven, maar wie zijn fouten niet erkende, belandde op de brandstapel. De stadsbesturen die de plakkaten moesten uitvoeren, deden dit vaak niet, want ze vonden het bloedplakkaat veel te streng. Bovendien wilden ze liever geen regels volgen die ze vanuit Brussel kregen. Karel V trad af in 1555, want na 40 jaar was hij het besturen, oorlog voeren en reizen zat. Hij verdeelde zijn gebieden: Ferdinand werd keizer van het Duitse Rijk en Filips II werd koning van Spanje en landsheer over de Nederlanden. Filips was tijdens zijn regeerperiode vooral bezig met Spanje. Het bestuur van de Nederlanden liet hij over aan zijn halfzuster Margaretha van Parma die landvoogdes werd. Vanuit Spanje probeerde Filips de controle over het bestuur te bewaren. Hij verbood Margaretha bijvoorbeeld de Staten-Generaal bijeen te roepen, omdat die volgens hem te veel eisen stelden. Daarnaast eiste hij dat het Bloedplakkaat strikt zou worden nageleefd, wat voor veel onrust zorgde. De opstand over de vervolging van ketters door de inquisitie werd steeds groter.

De Opstand breekt uit

Filips II is boos over de beeldenstorm, daarom wil hij wraak. Hij stuurde zijn beste generaal om een einde te maken aan de onrust. Vanuit Noord-Italië ging de hertog van Alva met een groot leger op weg naar de Nederlanden. Willem van Oranje (stadhouder in Holland, Zeeland en Utrecht) wachtte samen met veel andere edelen en protestanten de komst van Alva niet af, maar vluchtte het land uit. In augustus kwam Alva met zijn leger aan in Brussel. Hij nam Margaretha’s taken als landvoogd over. De hertog van Alva stelde de raad van beroerten in: een speciale rechtbank die de daders van de Beeldenstorm moest straffen. Alva wist de orde te herstellen, maar vanwege zijn harde optreden was hij bij veel mensen gehaat. Willem van Oranje vluchtte naar de Dillenburg in het Duitse graafschap Nassau. De raad van Beroerten namen al zijn bezittingen in de Nederlanden in. Dat waren er veel, want hij was de rijkste edelman van de Nederlanden. Willem besloot in 1568 met een leger de Nederlanden binnen te vallen. Hij vertelde dat hij deze gebieden wilde bevrijden van de ‘tiran’ Alva. De inval mislukte, maar in 1572 probeerde hij het opnieuw. Weer ging het mis, tot inname van Den Briel in 1572

Andere steden in Holland en Zeeland sloten zich nu bij Willem van Oranje aan. Veel mensen waren boos op Alva vanwege de Tiende Penning: een belasting van 10% over elk verkocht product. De Opstand leek nu niet meer te stoppen, maar Alva ging over tot de tegenaanval. Een voor een belegerde hij de opstandige steden. Als een stad zich niet vlug genoeg overgaf, kregen de soldaten toestemming de stad te plunderen als die toch werd veroverd. Veel steden waren daar doodsbang voor. Ze gaven zich over zodra het Spaanse leger verscheen. Maar op de lange duur werkte deze aanpak juist tegen Alva. De opstandelingen gebruikten de bloedbaden in hun propaganda tegen de Spanjaarden.

Alkmaar besloot zich niet over te geven en hield stand. Leiden werd na een langdurig beleg in 1574 ontzet door het geuzenleger. Het ontzet van Leiden wordt gezien als keerpunt in de oorlog.

Motieven

Bij historische gebeurtenissen, verschijnselen en ontwikkelingen zijn mensen betrokken die eraan deelnemen vanuit eigen motieven: een reden om iets te doen. Motieven onderzoeken geeft inzicht in de reden waarom iemand iets heeft gedaan, en het helpt het valideren van bronnen.

De definitieve breuk

Spaanse soldaten plunderden Antwerpen dagenlang in de herfst van 1576, waarbij ze veel geweld gebruikten. Deze Spaanse Furie tastte niet alleen Antwerpen aan. De reden voor deze Furie was het gebrek aan geld van de Spanjaarden om hun soldaten te betalen. De Staten-Generaal kwam bijeen als reactie op de Spaanse Furie, wat leidde tot de Pacificatie van Gent: alle Nederlandse gewesten sloten zich nu aan tegen het Spaanse leger. Omdat de gewesten het niet eens konden worden over de godsdienst, werd deze beslissing uitgesteld: Holland en Zeeland zouden calvinistisch blijven en de andere gewesten katholiek. Van de Pacificatie kwam weinig terecht. Enkele Franstalige gewesten in het zuiden besloten daarom vrede te sluiten met Filips II. Ze sloten zich in 1579 aaneen in de Unie van Atrecht. De gewesten en steden die wilden doorgaan met de Opstand verenigden zich in hetzelfde jaar in de Unie van Utrecht. In 1580 verklaarde hij Willem van Oranje vogelvrij: iedereen mocht hem doden en de moordenaar zou zelfs een beloning krijgen. De zoon van Margaretha was nu landvoogd, en hij kon de soldaten weer betalen, waardoor veel zuidelijke Nederlandse steden in zijn handen vielen. Omdat de gewesten in de Unie van Utrecht zich bewust waren van het feit dat ze dit niet gingen winnen, zochten ze een nieuwe bondgenoot. Daarom werd in 1581 Filips II afgezworen, en een jaar later werd de hertog van Anjou uit Frankrijk de landsheer.

De Republiek

De samenwerking tussen de hertog van Anjou ging niet goed. Hij overleed in 1584 aan tuberculose. Sommige mensen wilden Willem van Oranje graaf van Holland en Zeeland maken, maar voor het daartoe kon komen schoot Balthasar Gerards hem in Delft dood. Deze fanatieke katholiek hoopte op de beloning die Filips II had uitgeloofd, maar werd meteen na de aanslag gegrepen. Hij werd ter dood veroordeeld en op een gruwelijke manier terechtgesteld. De zoektocht naar een landsheer faalde, want de koning van Frankrijk en de koningin van Engeland wilden geen oorlog voeren tegen spanje, dus daarom besloten de Staten in de Unie van Utrecht om een republiek te worden.

Filips II had een enorme vloot laten bouwen, waarmee hij in 1588 tegelijkertijd Engeland wilde veroveren en een einde wilde maken aan de Opstand, maar de Engelsen en de Nederlanders stopte dat ‘onoverwinnelijke’ Armada de Engelse kust bereikte. Op de terugreis verging het grootste deel in een storm, waardoor Filips II veel geld en soldaten kwijt was. In de jaren na de ondergang van de Armada wist stadhouder Maurits, een zoon van Willem van Oranje, veel van het ingenomen door de hertog van Parma te heroveren. Dat kwam ook doordat Maurits het leger hervormde, want eerste bestonden de meeste legers uit soldaten die werden gehuurd, terwijl het nieuwe leger een vast loon kreeg, waardoor het leger beter gedisciplineerd en getraind was.

In 1609 sloten beide partijen het Twaalfjarig Bestand, want de Nederlandse bestuurders hadden genoeg van de strijd, en het geld van de Spanjaarden was op. Toen deze wapenstilstand in 1621 afliep, begon de oorlog opnieuw. Frederik Hendrik, een halfbroer van Maurits, veroverde als stadhouder verschillende steden in het zuiden, waaronder ‘s-Hertogenbosch en Maastricht, maar deze gebieden waren katholiek gebleven, waardoor ze geen zelfstandige gewesten werden maar ze werden generaliteitslanden: ze werden direct bestuurd door de Staten-Generaal. Uiteindelijk waren beide partijen de oorlog moe. Na jaren van onderhandelen kwam in 1648 de Vrede van Münster tot stand, waarin Spanje de Republiek erkende als onafhankelijke staat.

Staatsinrichting

De staat die in 1588 ontstond, wordt meestal eenvoudigweg de Republiek genoemd, maar de officiële naam Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden laat zien dat het eigenlijk niet één staat was, maar meer een verzameling van kleine, onafhankelijke staatjes: de gewesten of provincies hadden veel macht op het gebied van godsdienst en rechtspraak, maar de Staten-Generaal bepaalde het buitenlandse beleid en de verdediging van het land. Ook moesten de afgevaardigden eerst overleggen met hun eigen gewest voordat ze in de Staten-Generaal hun stem konden uitbrengen. Een beslissing kon pas tot stand komen als alle gewesten het met elkaar eens waren. Vaak gaf de stem van Holland de doorslag. Holland was namelijk het rijkste gewest, waardoor de raadspensionaris van Holland een belangrijk man was. Regelmatig kwam hij in botsing met de stadhouder. De stadhouder was de opperbevelhebber van het leger en had invloed op de benoeming van de bestuurders van de steden. Hij kwam uit de familie Oranje-Nassau en gedroeg zich soms alsof hij de vorst was.

Kenmerkende aspecten

Begrippenlijst en volgorde van gebeurtenissen

Beeldenstorm Beweging van protestanten om beelden en versieringen uit kerken te verwijderen, die met veel geweld gepaard ging.
Generaliteitslanden Katholiek gebleven delen van de Nederlanden die waren veroverd door de Republiek. Ze werden direct bestuurd door de Staten-Generaal (Zeeuws-Vlaanderen, Noord-Brabant en Zuid-Limburg).
Gewest Gebied in de Nederlanden met eigen bestuur, regels en privileges (provincie).
Hagenpreek Preek voor protestanten in de buitenlucht.
Hervorming Poging om iets te doen aan de problemen binnen de katholieke kerk, die leidde tot de stichting van de protestantse kerk (ook Reformatie genoemd).
Humanist Geleerde die de klassieke cultuur en literatuur bestudeerde en imiteerde.
Inquisitie Organisatie binnen de katholieke kerk die zich bezighield met het opsporen en veroordelen van ketters.
Ketter Iemand die zich niet houdt aan de officiële leer en regels van de Kerk.
Landsheer Heerser over een gebied dat geen koninkrijk is. In de Nederlanden wordt de titel gebruikt om alle titels van Karel V en Filips II mee samen te vatten.
Landvoogd(es) Vervang(st)er van de landsheer, verantwoordelijk voor alle gewesten in de Nederlanden.
Pacificatie van Gent Verdrag waarin alle Nederlandse gewesten zich aaneengesloten om samen de Spaanse legers te verdrijven.
Plakkaat Openbare bekendmaking.
Predikant Iemand die in een protestantse kerk de dienst leidt (dominee).
Privilege Speciale recht dat een persoon, stad of gewest kreeg van de landsheer.
Propaganda Het verspreiden van informatie (vaak onjuist of eenzijdig), met als doel aanhangers voor een partij of stroming te winnen.
Protestant Behorend tot het deel van het christendom dat in navolging van Luther, Calvijn en andere hervormers het gezag van de paus verwerpt.
Raad van Beroerten Rechtbank ingesteld door Alva om de daders van de Beeldenstorm te straffen.
Raadspensionaris Hoogste ambtenaar van het gewest Holland. Hij was de woordvoerder van zijn gewest in de Staten-Generaal.
Reformatie zie Hervorming
Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden De republiek die ontstond toen de opstandige gewesten in 1588 besloten niet langer een nieuwe landsheer te zoeken.
Smeekschrift Verzoek van de edelen aan de landvoogdes om de vervolging van ketters te matigen.
Spaanse Furie Muiterij van Spaanse soldaten, die leidde tot de plundering van onder andere Antwerpen.
Stadhouder Vervanger van de landsheer in het gewest. In de tijd van de Republiek benoemden de gewestelijke Staten de stadhouder.
Staten (gewestelijke) Bijeenkomst van de afgevaardigden van de geestelijkheid, adel en steden in een gewest (in de tijd van de Republiek ontbrak de geestelijkheid).
Staten-Generaal De afgevaardigden van alle gewestelijke Staten bij elkaar.
Tiende Penning Belasting ingesteld door Alva. Over elk verkocht product moest tien procent belasting betaald worden.
Unie van Atrecht Bond van Zuid-Nederlandse, Waalse gewesten die na het mislukken van de Pacificatie van Gent vrede sloten met Filips II.
Unie van Utrecht Bond van de gewesten die na het mislukken van de Pacificatie van Gent besloten de Opstand voort te zetten.
Watergeus Protestantse opstandeling die op en vanaf zee vecht.

Je hoeft alleen de volgorde te weten, en de jaartallen niet.

1515 Karel V wordt de landsheer van de Nederlanden
1517 begin van de hervorming
1550 Karel V vaardigt het Bloedplakkaat uit
1555 Filips II volgt Karel V op als landsheer
1566 smeekschrift en beeldenstorm
1568 Willem van Oranje begint de oorlog tegen Alva
1572 Den Briel wordt ingenomen door de watergeuzen
1576 Spaanse Furie en Pacificatie van Gent
1579 Unie van Atrecht en Unie van Utrecht
1581 plakkaat van verlating
1588 Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden
1609 - 1621 Twaalfjarig Bestand
1648 Vrede van Münster