Naar alle leermiddelen

WI - H2 - TW1

Verhoudingstabellen en projecties

In een verhoudingstabel, zoals degene hiernaast, kun je kruislings vermenigvuldigen: de producten van de getallen die tegenover elkaar staan zijn dan gelijk. In dit geval is $10 \bullet 2 = x \bullet 4$. Je kunt dan x oplossen: $x = \frac{10 \bullet 2}{4} = 5$.

Ook in verhoudingstabellen met meer dan 2 kolommen kun je kruislings vermenigvuldigen, dit kan dan op 3 manieren.

Bij de parallelprojectie hiernaast, hoort deze verhoudingstabel:

AB BC CD
A’B’ B’C’ C’D’

Gelijke vormen en hoeken

Driehoeken zijn gelijkvormig (~) als ze dezelfde vorm hebben. Hiernaast zie je dat $\angle A = \angle D$ en $\angle C = \angle E$, dus $\bigtriangleup ABC \sim \bigtriangleup DBE$.

Als rechte 2 lijnen elkaar snijden zijn overstaande hoeken gelijk. Bij evenwijdige lijnen heb je F-hoeken en Z-hoeken:

F-hoeken bij evenwijdige lijnen Z-hoeken bij evenwijdige lijnen
   

Soms kun je een lijnstuk gelijk stellen aan x, zodat je andere lijnstukken sneller kan oplossen.